Mar 24 2025

/

Mythen en mensen. Waarom ontstond godsdienst?

Voordracht door prof. Willie van Peer op donderdag 28 november 2024- VERSLAG

Vóór het christendom waren er al veel godsdiensten.

Het boek Q ( Q= Quellen of het boek van de bron), moet er geweest zijn, maar het manuscript vind men niet, dus blijft het een mysterie.

Men neemt aan dat het een verzameling uitspraken van Jezus is, die in het begin (na zijn dood) circuleerden en die men uit het hoofd leerde.

Er zijn 4 evangelies, waarvan er 3 belangrijk zijn: Marcus, Mattheus en Lucas.

Het evangelie van Johannes is zeker 80 jaar na de dood van Christus geschreven. Alles wat Marcus geschreven heeft komt bij Mattheus en Lucas voor, en niet omgekeerd.

Deze 2 laatsten hebben ook veel uit het Q-boek overgenomen.

Hoe zat het met die andere godsdiensten?

Vrouwen: zij komen in ALLE godsdiensten steeds op de tweede plaats.

Godsdiensten doen dienst voor heel veel dingen:

Troost bieden, gevoel van samenhorigheid smeden, zekerheid bieden in een chaotische wereld, de dood overwinnen, morele gedragscode ontwerpen en controleren enz.

Maar de vraag is: wanneer en waarom zijn ze ontstaan?

En waarom onderdrukken ze steeds de vrouwen?

Er zijn ongeveer 10.000 godsdiensten (de sektes erbij gerekend).

Er zijn er ongeveer 150 met meer dan 1miljoen volgelingen.

2 monotheïstische wereldgodsdiensten: Christendom, Islam

1 monotheïstish- etnische godsdienst

1 polytheïstische wereldgodsdienst: Hindoeïsme

1 filosofische wereldgodsdienst: Boeddhisme.

Bij bijna alle mensen op aarde is “religie” aanwezig.

In geen enkele van deze godsdiensten spelen vrouwen een institutionele rol, maar in het katholicisme heeft men Maria vanaf 11de-12de– eeuw.

Er is ook een correlatie tussen rijkdom en godsdienst.

Hoe armer hoe meer religieus.

Men moet ook een onderscheid maken tussen religie en godsdienst:

Religie : niet gedefinieerd gevoel van verbondenheid met alles( zonder regels).

Godsdienst : vastgelegde relatie met een opperwezen, vaste rituelen, praktijken, regels, beheerst door mannen.

De Grieken waren de eersten met een filosofische gedachte van godsdienst.

Het Christendom is een godsdienst die een groot aantal mythen heeft opgenomen.

Ook buiten-christelijke elementen, waarvan men de oorsprong zorgvuldig verborgen heeft gehouden en nog steeds tracht te houden, werden overgenomen.

Bijvoorbeeld: “zoon van god” als aanduiding voor Jezus. Maar dit bestond al bij de oude Egyptenaren: farao, (sa-re) zoon van God.

De fundamentele gedachte van het christendom is wel degelijk overgenomen van de Egyptenaren (1500 v.Chr.)

De mythe met een negatieve invloed in het christendom is de maagdelijke geboorte van Jezus, die mede tot de onderdrukking van de vrouw hebben geleid en de verwerping van vrouwelijke seksualiteit.

Dit verhaal is alleen te lezen in de evangelies van Mattheus en Lucas, dus niet bij Marcus (het oudste) en Johannes (het jongste).

Het is toch merkwaardig want het moet toch het vermelden waard zijn geweest.

De alleroudste bronnen van het Nieuw-Testament zijn de brieven van Paulus, geschreven rond het jaar 50, dus 20 jaar vóór het eerste evangelie (Marcus).

Deze laatste schrijft: Jezus geboren “uit een vrouw” en niet uit een maagd en uit “het geslacht van David”.

In het oud Grieks staat er letterlijk uit ”het zaad”, in vertaling “het geslacht”.

Een mythe die kunstmatig door hiërarchische overheden in stand wordt gehouden.

In de oudheid zijn er veel verhalen over maagdelijke geboorten bvb van de eerste vrouwelijke farao (Hatsjepsut 1365 v.Chr.) .

Het christendom neemt die mythe over.

Een tweede oorzaak: de Septuagint: dit is de Griekse vertaling van de Hebreeuwse Bijbel (wat wij het Oude Testament of de Joodse Thora noemen), gemaakt van 250 tot 100 v.Chr. door een team van 70 geleerden.

In het evangelie van Lucas wordt verwezen naar de profeet Jesaja over het zwanger maken van Maria. In het Hebreeuws staat niet maagd maar jonge vrouw; dus verkeerd vertaald en al 2000 jaar misvatting van Jesaja 7,14.

Daardoor werpt de mythe een schaduw op de vrouwelijke seksualiteit.

Grieken:

Polytheïsme, vanaf 8deeeuw v.Chr. blijft de hele westerse cultuurgeschiedenis beheersen.

Homerus was van heel grote invloed op het Griekse denken, maar tegenover de vrouw vernietigend (vb. vele afbeeldingen van vrouwen met kunstpenissen).

Vrouwen zijn verslaafd aan seks en drank en hebben dus geen zelfcontrole, dus controle over vrouwen is absoluut noodzakelijk.

Dit beeld blijft de hele westerse cultuurgeschiedenis beheersen.

Hier wordt mythe werkelijkheid, en definieert de samenleving.

Christendom

Onderdrukking van de vrouw: teksten van Augustinus Soliloquia 1,10; 354-430 (5de eeuw), Hieronimus ,342-420 , Odo, Abt van Cluny (879-95) bewijzen dit.

Maar vanaf de 12de eeuw wordt de vrouw geïdealiseerd met Maria.

.Waar komt de onderdrukking van de vrouw vandaan?

De ontwikkeling van de mensheid.

Homo sapiens ontstaat ongeveer 300.000jaar geleden.

Aanvankelijk zijn er de nomaden, die leven van pluk en soms jacht (animisme) met daarna evolutie naar herdersvolkeren.

God is in het begin afgeleid van de cultuur herdersvolkeren “de goede herder”, de gelovigen zijn als schapen (joden, christenen, islam)

Alles is gemeenschappelijk, geen eigendom, geen hiërarchie, zwerven rond op zoek naar voedsel.

Vandaar matriarchaat: alle beslissingen en ook de seksualiteit wordt beheerst door vrouwen.

Zo’n 10.000 jaar geleden wordt de landbouw uitgevonden en worden de mensen sedentair.

Daardoor ontstaan er overschotten en dat is het begin van ruilhandel maar ook van ongelijkheid (mogelijkheid tot macht en invloed).

Het wordt patriarchaat.

De overschotten moeten in de eerste plaats aan de eigen kinderen toekomen en niet aan de kinderen van een andere man, dus controle van de seksualiteit van vrouwen.

Beste oplossing hiervoor: een godsdienst! (wordt van kindsbeen af bijgebracht).

Dus van animisme via polytheïsme naar monotheïsme, van matriarchaat naar patriarchaat.

Mannen bepalen nu de regels voor seksualiteit: maagdelijkheid tot het huwelijk, echtelijke trouw, controle.

Mannen maken het zich in seksueel opzicht makkelijk.

Ongeoorloofd gedrag van vrouwen wordt door de regels van de godsdienst strafbaar, maar dat van mannen niet (of nauwelijks).

Er zijn verschillende gradaties van controle over vrouwelijke seksualiteit:

Animisme>Islam>Christendom.

De heilige teksten van de vijf wereldgodsdiensten (Boeddhisme, Christendom, Hindoeïsme, Islam en Judaïsme) gebruiken vergelijkbare geloofsovertuigingen om seksueel gedrag in te perken.

Deze overeenkomsten bewijzen dat het een gemeenschappelijke culturele oplossing is voor een biologisch probleem: namelijk mannelijke onzekerheid over het vaderschap van hun kinderen.

Bovendien zien we dat de godsdienstige praktijken die de vrouwelijke seksualiteit sterker reguleren succesvoller zijn in het bevorderen van de vaderlijke zekerheid.

Uit deze context blijkt duidelijk dat de vrouwen sinds eeuwen als tweederangsfiguren onderdrukt werden door mythen die werkelijkheid werden en godsdiensten.

Bron: prof. Willie van Peer.

Het was een boeiende voordracht met tal van voorbeelden en bronnen die een verhelderende visie over het onderwerp brachten.

Anne- Marie

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *